Heinrich. Mooie vent.
Zo, ik had beloofd om hier af en toe ook een social praatje te houden in het Nederlands, laat ik daar vanavond eens mee beginnen. Terwijl ‘dè wedstrijd’ (heb ik van horen zeggen) op de achtergrond opstaat bekijk ik nog een keertje de weerberichten voor Kirchberg ins Tirol. Daar wordt een doorgewinterde wintersporter niet echt blij van. Misschien toch teveel risico genomen door een reisje half maart te boeken naar een gebied wat tussen de 1000 en 2000 meter in ligt? Met temperaturen tussen de 0 en 10 graden hoeft het thermoondergoed in ieder geval niet mee. Hopelijk kunnen ze nog wat met sneeuwkannon ofzo. We zien wel.
Ach eigenlijk mag ik er ook niet over klagen. Het is de tweede keer dit jaar (okee, de eerste keer was de sneeuw ook niet zo super) en er is altijd wel ergens te snowboarden denk ik dan. Als er een piste is die net iets langer is dan het stuk in Landgraaf, waar een lift langs loopt en waar de sneeuw tot het middaguur goed blijft, dan ben ik tevreden. Want rond het middaguur kunnen we ergens een pistetentje in om te genieten van een Oostenrijkse lunch en nog beter: mensen. Ik ben niet echt een zomer mens qua temperaturen (25 graden is hoog genoeg), maar op en terrasje zitten en mensen kijken: ik ben er alweer klaar voor.
Zo zat ik een paar weken geleden dus in een pistetentje in Mayrhofen te genieten van een bord bratwurst mit pommes. Toen ik een slok van mijn Erdinger nam zag ik ergens in een ooghoek een oudere man naar binnen komen, in z’n eentje. Oudere mensen zie je op de skipiste al niet zoveel, en als ze er dan zijn toch minimaal met z’n tweëen. Nou goed, misschien kwam z’n vrouw er nog aan ofzo. Maar hij zette op zijn gemak zijn dienblad met lunch en een Erdinger Dunkel op een tafeltje en ging zitten, nog geen spoor van een reisgenoot whatsoever.
Dat vind ik dan dus interessant. Ik weet niet waarom, maar het facineert me enorm. Ik ga me af zitten vragen: waarom is hij hier alleen? Is zijn vrouw overleden, of misschien niet meer zo goed te been? Misschien is ze al wel een tijdje dood en komt hij hier omdat ze hier vroeger altijd met z’n tweeen naartoe gingen. Rustig at hij van zijn pasta en dronk hij zijn bier op. Inmiddels was het wel duidelijk dat hij niet op iemand zat te wachten en dat hij de lunch hoogstwaarschijnlijk in z’n eentje zou nuttigen. Ik had hem in mijn hoofd al omgedoopt tot Heinrich, bij gebrek aan fantasie voor een beter Duits klinkende naam. Misschien was hij wel helemaal niet Duits, zou ook goed kunnen.
De mannen aan de tafel naast hem, ook Nederlanders, hadden hem niet eens in de gaten voor zover ik kon inschatten. Mijn vrienden die ik op hem wees vonden het ook niet echt heel boeiend. Misschien ben ik dan de enige die geboeid is door zo’n persoon. Hoewel ik het nog nooit heb gedaan zou ik wel een keer aan zo iemand willen vragen wat hij daar nou doet. En waarschijnlijk klopt er van mijn verhaal dan helemaal niks. Was hij vroeger de eigenaar van dezelfde pistetent en komt hij er nog regelmatig een rondje skiën en een hapje eten. Wacht zijn vrouw beneden in het dal rustig tot hij ‘s avonds weer aanschuift aan tafel. Is hij een gelukkig opa met een mooi leven achter de rug. Heinrich. Mooie vent.
Leave a Comment